35.0 Het wonderbaarlijke “Godsbegrip” ontsluierd
35.1 De hoogste Meesters uit het Al gaven de mens dit wonderlijke Godsbegrip
35.2 Waar was GOD voor de schepping begon?
35.3 Als je je ogen sluit, kun je de Albron zien
35.4 GOD openbaart zich in de schepping
35.5 De schepping is met het Almoederschap begonnen
35.6 De Albron als moeder baart het leven
35.7 Het Moederschap baart het Vaderschap
35.8 De menselijke ziel is een Goddelijke vonk
35.9 De Goddelijke kracht in geest, ziel en stof
35.10 De eerste mens die na de schepping terugkeerde in het Goddelijk Al, was Christus