Lessen

34.2 De mentale gebieden vormen de overgang naar de Vierde Kosmische Levensgraad

 

In de zevende Lichtsfeer heeft de ziel het hoogste bewustzijn bereikt voor de aarde.   Daarna wordt de ziel aangetrokken door de overgangsplaneten van de Vierde Kosmische levensgraad: de mentale gebieden. De ziel gaat over naar de mentale gebieden. Hier legt de ziel het geesteslichaam af en maakt zich klaar om aangetrokken te worden door de eerste planeet van de Vierde Kosmische Levensgraad. De mentale gebieden zijn te vergelijken met de wereld van het onbewuste waarin de ziel zich klaarmaakt voor de wedergeboorte op aarde. Het verschil met de wereld van het onbewuste is wel, dat de ziel in de mentale gebieden bewust blijft. De mentale gebieden behoren al tot de Vierde Kosmische Levensgraad:

-Eerst daarna, ik heb je dat verteld en duidelijk gemaakt, ga ik in de mentale gebieden over en word ik door de vierde graad, de eerste overgangsplaneten dan, aangetrokken.

-Een meester nu, die de zevende sfeer heeft bereikt, is in verbinding met de vierde graad. Straks wordt dit wezen, wanneer zijn taak in de zevende sfeer voorbij en volbracht is, door die planeten aangetrokken en daalt het zieleleven dus in de mentale gebieden af, wat voor ons de wereld van het onbewuste is. ORI-ontstaan p.,488

-Dan komen de eersten, die staan daar … ze voelen al, ze zien reeds, ze zien de anderen, dat ze verwazen. ‘Wat is er met u, wat gaat er met u gebeuren? Waarheen gaat dit? U bent zo ijl.’ Ze gaan door, met hun handen gaan ze door de organismen heen. En een tijd later, zwevende, voelende, denkende, dienende, lossen zij voor de zevende sfeer op.

Lezingen Deel 2 p.108,109

-Zie je, wij zijn al buiten de zevende sfeer, wij lossen aanstonds volkomen op en betreden dan het embryonale leven voor de Vierde Kosmische Graad, de wereld van het ònbewuste, die nu niet meer ònbewust is, want de mens heeft die werelden overwonnen.” De Kosmologie van Jozef Rulof Deel 4 p.248

-Heeft de ziel als mens dus de zevende sfeer aan Gene Zijde bereikt, dan maakt de mens zich gereed om de Vierde Kosmische Levensgraad te betreden en aanvaardt nu opnieuw het embryonale stadium.’ Maar hij is thans in alles bewust. En dat alles dat kent u nu voor vaderschap, voor zijn licht, voor de geboorte, voor de reïncarnatie. Er zijn geen foute gedachten meer, alles is harmonische liefde geworden.

Lezingen Deel 3 p.396


Bron: Citaten uit de boeken van Jozef Rulof