Lessen

17.3 Op Mars ontwikkelden mens en dier een primitief landelijk bewustzijn

 

Ons Universum kent drie macrokosmische levensgraden met als moederplaneet respectievelijk Maan, Mars en Aarde. Op al deze planeten begon de evolutie van het stoffelijk leven in de wateren.
Aangestuurd door de Kosmische wetten, evolueerde het leven op Mars van eencellige organismen in de wateren naar uiteindelijk grofgebouwde, onbewuste grote menselijke en dierlijke wezens, die op het land leefden.

 -Voor dit universum zijn dus levenswetten en levensgraden geboren die ons als mens zouden dienen. Op de Maan leefden wij in de wateren, Mars gaf ons reeds het landelijke bewustzijn en Moeder Aarde het volmaakte voor deze ruimte, omdat zij die taak door Zon en Maan in handen kreeg.

De Kosmologie van Jozef Rulof deel 1 p.113 

-Je ziet, André, nu heeft het dier zich verhard.’ ‘Is dat een schildpad, Alcar?’ ‘Juist, maar het dier verkeert in de eerste graad van ontwikkeling. Het is reusachtig groot, maar die grootte gaat het op aarde afleggen

Het Ontstaan van het Heelal p.180 

-Dus deze drie macrokosmische levensgraden nu werken aan het menselijke, dierlijke en het plantenleven’, vóór de menselijke, dierlijke, moederlijke zelfstandigheid als organisch leven. En het innerlijke leven verruimt zich en wordt het gevoelsleven en de persoonlijkheid.

Lezingen Deel 3 p. 229 (L3.5705.5706)

Bron: Citaten uit de boeken van Jozef Rulof