De metafysicus en profeet Jozef Rulof (1898-1952) mocht samen met zijn meesters uittreden en de Hemelse werelden na de dood betreden.
Hier had hij ook contact met Ramakrishna.
-Ramakrishna vond de wateren heilig, weet hij en kreeg hij van dat leven te horen, dat hij eerst nu kan begrijpen. Ja, mijn broeders uit het Oosten, jullie gingen diep, jullie wisten, dat wij uit de wateren zijn geboren, dat de wateren moederschap bezitten voor al het leven van God. Wat weet het nuchtere Westen af van deze ruimte? Niets.
Het Westen denkt, dat het Oosten niets te betekenen heeft. Doch dat verandert!
De Kosmologie van Jozef Rulof deel 2 p.48,49
-De grote Ramakrishna bezweek vele malen, hij liep de Ganges in en wilde zich één maken met Moeder Water: water is moederschap en indien zijn eerste adept Vivekananda hem er niet had uitgehaald, was Ramakrishna verdronken.
Vraag en Antwoord deel 1 p.292-295
-Ik zal aan Ramakrishna zeggen, dat ik U mocht leren kennen en dat zal ook hem gelukkig maken. Weet U, ‘Moeder’, hoe dat kind Uw leven liefhad? Hoe hij zichzelf voor de mensen heeft ingezet?
De Kosmologie deel 2 p.12
-André ziet Ramakrishna met zijn adept deze éénheid beleven, ook Vivekananda volgt zijn meester, nóg zijn zij één.
De Kosmologie van Jozef Rulof deel 2 p.272
Bron: De boeken van Jozef Rulof