De Albron als Almoeder opent zich en begint na zeven fasen van ontwikkeling met baring. De ruimte wordt gevuld met levensfluïde, aura.
Dan is er eerst de geestelijke manifestatie gevolgd door de stoffelijke.
Door het moederschap en het vaderscap, ofwel baring en schepping zal al dit leven zich uitdijenen en verdichten.
-U ziet nu, mijn broeders, dat de „Albron” als Moeder zich opent en baart. Dit is de allereerste werking die wij hebben gevolgd, waardoor de Schepping is begonnen. Wat gij thans ziet is dus de levensfluïde van de „Almoeder” en betekent – baren! Hierna volgt de geestelijke evolutie en dat wordt de stoffelijke wereld als ruimte. Het is het universum waarin gij leeft. Deze „Aura” zal deze ruimte vullen en dat is het „Almoederlijke-Lichaam”. Door het vader- en moederschap zal zich dit leven uitdijend verdichten. Aldus, de „Albron” is „Moeder”
Kosmologie van Jozef Rulof Deel 1 p.22
-Dus dat ganse universum hier was alleen moeder. O dus toch in het begin alleen moeder? En doordat het veranderde, kreeg het een nieuwe graad; maar dat was alweer vaderschap, dat was een andere werking. Ja in het begin was er alleen werking. En zo ging dat verder, totdat het universum, dit universum dan, deze onmetelijkheid, verdicht werd, in wolken, dat was allemaal plasma, dat was allemaal ziel, leven, licht, als wolken. En eindelijk kwam het licht tot splitsing, toen was het in een gouden lichtend stadium gekomen. Het splitste zich opnieuw, er kwam weer duisternis, en toen begon de schepping. En nu is al elk deeltje… – nu komt dat woord God erbij – elk deeltje vertegenwoordigt nu de Albron.
Vraag en Antwoord5 p.210
-We hebben die wetten beleefd, we hebben gezien hoe de Almoeder – nu komt het – aan haar baring is begonnen. En hierna kwam God, de God als vader.
Lezingen2 p. 222
-De moeder, de Almoeder is aan haar baringsproces begonnen. Er komt aura en die aura verbindt zich, verspreidt zich door deze onmetelijkheid. Dat is het lichaam, het organisme voor de Almoeder waaruit God geboren is, waaruit de Vader is ontstaan.
Lezingen1 p.457
-Aanvaard onherroepelijk, dat God vóór alles ‘Moeder’ is. De ‘Almoeder’ is het waardoor ál het leven háár zelfstandigheid kreeg.
De Kosmologie1 p.38
Bron: Citaten uit de boeken van Jozef Rulof